“Elk persoon die in deze wereld wordt geboren, vertegenwoordigt iets nieuws, iets dat nooit eerder bestaan heeft. Het is onze plicht te weten dat nooit iemand als hij in de wereld is geweest, want anders was hij niet nodig. Ieder individu is iets nieuws in deze wereld en er wordt van hem verlangd in deze wereld zijn bijzondere rol te vervullen.” Martin Buber
Als we aan creativiteit willen werken in het onderwijs, moeten we sleutelen aan externe factoren maar ook aan de manier waarop wij de leerlingen in hun creativiteitsontplooiing stap voor stap gestalte helpen geven. Het volstaat helemaal niet om de leerlingen mooie creatieve opgaven voor te schotelen. Met het oog op creatief onderwijs is het interessant dat leerlingen in kleine groepjes omgaan met een reeks creatieve opwarmertjes. Dit zijn taken van enkele minuten die met een minimum aan middelen oplosbaar zijn.Hier hebben we enkele hefbomen die belangrijk zijn in het methodische verhaal rond creativiteit in de klas.
- Exploratiedrang: de opgaven moeten voldoende uitnodigen tot het wakker maken van ons zintuiglijk vermogen.
- Verbeeldingskracht: we doen beroep op de zelfstandige leerling als deze zich betrokken en aangesproken voelt. Actief denken veronderstelt een hoge mate van persoonlijke betrokkenheid.
- Vrij associatief denken: elementen aan elkaar koppelen die normaal niet aan elkaar gekoppeld worden. Creatief denken heeft te maken met intuïtie, inspiratie en hulpschema’s.
- Expressiedrang stimuleren: expressiemogelijkheden kunnen wonderen verrichtten.
- Actieterrein van de leerlingen verbreden en verdiepen door open ontwerptaken. Hierbij is het belangrijk dat leerlingen nauwkeurig werken en diepgang en doorzettingsvermogen tonen.
- Divergent denken en handelen: meerdere resultaten zijn waardevol.
- Verscheidenheid en variatie
Paul
Timmermans, (2006),. Pleidooi voor
creatief onderwijzen en leren. Gevonden op het internet op 27 oktober 2016:
http://educatief.classy.be/pleidooicreatiefonderwijs.htm
Geen opmerkingen:
Een reactie posten